Zele – Pemen en Vanden Bussche verslaan de wind

Zele – Pemen en Vanden Bussche verslaan de wind

De gure weersomstandigheden maakte de manche van de Vlaamse Cyclocross Cup in Zele extra zwaar. Diederik Pemen en Wannes Vanden Bussche beukten door de wind naar de overwinning.

Wannes Vanden Bussche was als één van de beste weg op de omloop met veel bochten en twee bruggen. “Ik nam een goede start en zette me meteen op kop van de groep”, blikte de nieuweling terug op zijn wedstrijd.

“We sloegen een kloofje met drie man: Dolf Pemen, Maarten Clauwaert en ik. De wind maakte de wedstrijd extra zwaar vandaag. Na de tweede ronde dreef ik het tempo wat op en mijn twee kompanen konden niet meer volgen en zo kon ik een geruststellende voorsprong bijeen fietsen.” Dolf Pemen werd nog tweede voor Jasper Dejaegher.

Na de tweede plaats van broer Dolf Pemen, maakt Diederik Pemen het feestje compleet voor de familie die haar wortels heeft in de triatlon. Het werd een tweestrijd tussen twee ploeggenoten. “Ik zat vanaf de start vooraan en kon samen met Fabio Verberckmoes een kloofje slaan. Toen de derde renner achter ons nog viel kwamen we helemaal alleen te zitten.”

De ploegmaats van het Cycling.be – Alpha Motorhomes Cycling Team vonden elkaar en trokken stevig door. “We hebben onze voorsprong stelselmatig kunnen uitdiepen. In de technische zone nam Fabio even de leiding in handen en ik moest een gaatje laten.”

Het was even alle hens aan dek voor Pemen. “Gelukkig kwam daarna een stuk waar de wind sterk speelde. Ik ging op en over Fabio en moest alles vol blijven geven om solo te finishen. Ik ben blij met mijn tweede overwinning van het seizoen. Ik had de vorige weken altijd last van de warmte, maar woensdag in Niel ging het ook al wat beter.” De junior haalde het van ploegmaat Fabio Verberckmoes en Jordi De Beule.

Vermeir en Vandecaveye

Bij de dames mocht Aurelie Vermeir, vanaf 1 januari in de kleuren van Bike-Advice Cyclingteam, haar armen in de lucht gooien. Fleur Vandecaveye was bij de dames jeugd dan weer veruit de beste.

Foto – Kristof Bruers