Vorige week kwam er het verrassende nieuws dat Telenet-Fidea de jeugdopleiding zou stopzetten. Dat nieuws bleek niet te kloppen. “Voorlopig trekken we gewoon niemand extra aan, meer niet. De jeugdopleiding gaat gewoon door”, vertelde teammanager Hans van Kasteren.
Het nieuws dat Young Telenet-Fidea zou stoppen met de jeugdopleiding klopt niet, dat vertelde Hans van Kasteren vanuit Spanje. De flamboyante Nederlander is trouwens teleurgesteld. “Er wordt zoveel gezegd over het team zonder dat er aanleiding toe is.”
“Ik ben iemand die renners of rensters niet benaderd wanneer het goed gaat bij hun huidige team, tenzij ze zelf op zoek zijn naar een nieuw team. Ik erger mij er dan ook aan hoe Sunweb te werk gaat en al renners gaat contacteren terwijl ze nog aspirant zijn.”
“Daar doen wij niet aan mee”, benadrukt van Kasteren. “Maar dit alles is de reden waarom wij dit jaar geen junioren meer zullen aanwerven. Sunweb is twee jaar geleden begonnen met aspiranten en hebben nu redelijk goede junioren. Ik wil geen tweederangs junioren. Er zijn nu dus geen junioren vrij die in aanmerking komen.”
“Met alle respect maar als ik iemand een plaats in mijn ploeg geef, is het omdat ik potentieel in de renner zie en omdat ik denk dat hij het ver kan schoppen bij de beloften. Als er geen junioren zijn die dat in zich hebben neem ik er ook geen aan. Maar dat is iets heel anders dan de jeugdwerking stopzetten zoals overal verscheen.”
“Als er volgend jaar opnieuw een junior met potentieel vrijkomt zal ik die misschien een plaats aanbieden. Een junior is trouwens elk jaar vrij, ook al geef je hem bijvoorbeeld een contract van vijf jaar. Maar junioren pakken om te pakken, daar doe ik niet aan mee want er gaat nog heel wat veranderen de volgende jaren binnen de ploeg.”
“Eerstejaars doen het goed, tweedejaars kunnen beter”
Vorig seizoen kende de ploeg met Eli Iserbyt een fantastisch jaar. Iserbyt won bijna alles en greep alle truien op de regenboogtrui na. Zo’n seizoen evenaren was haast onmogelijk maar toch blijven de schitterende resultaten op dit moment uit.
“De eerstejaars doen het redelijk goed”, merkt van Kasteren op. “De tweedejaars doen het minder goed. Ze rijden heel wisselvallig al begint dat nu wel te beteren. Maar anderzijds hebben we nu alleen nog maar snelle wedstrijden gekregen. Dat ligt onze jongens niet. Ik blijf in hen geloven.”
“Wanneer we guurdere weersomstandigheden krijgen dat zul je zien dat het allemaal wel zal renderen. Dan zie je het verschil en dan zullen de tweedejaars beter zijn. We zijn ook nog niet zo lang bezig, slechts 6 à 7 weken. Als het over een maand niet betert dan moeten we ons misschien zorgen gaan maken, dat is nu voorbarig.”
“En ik denk dat wij vooral trots mogen zijn als we zien hoe ver wij nu staan met het jeugdteam. De jeugdwerking rendeert. Daar zijn Eli Iserbyt , Quinten Hermans, Thijs en Toon Aerts de perfecte voorbeelden van. De volgende jaren willen we nog renners op datzelfde niveau brengen maar we zijn ook realistisch dat dat niet met iedereen lukt.”
Extra investeren in jeugdwerking en dames?
“Wij moeten geen bepaald aantal junioren in onze ploeg hebben. Wij willen gewoon de renners voorzien van de juiste ondersteuning door opleiding en materiaal en in die lijn zal er nog wel heel wat veranderen. Daar kan ik pas later meer over kwijt.”
“Misschien gaan we onze jeugdopleiding wel uitbreiden en gaan we meer investeren in de jeugd en de dames. Het kan allemaal. Maar als we dat doen willen we dat enkel met renners, rensters en mensen doen die meekunnen op het hoogste niveau. Jolien Verschueren is daar het beste voorbeeld van”
En zo springt van Kasteren meteen naar een van de meest actuele onderwerpen in het wereldje van het damesveldrijden, Jolien Verschueren. “Ik heb haar ontdekt in Ronse vorig jaar. Ik weet nog hoe haar vader in de materiaalpost stond met een hele oude fiets. Toen hij mij vertelde dat ze alles op hun eigen deden vertelde ik dat ik hen graag wilde ondersteunen.”
“Zo is het allemaal gegaan, en die manier vind ik prachtig. Dat zie je tegenwoordig bij de jeugd niet meer. Bij Jolien ging dat nog wel en nu rendeert dat ook. Ze draait nu steevast vooraan mee, en dat met het nodige materiaal en de nodige begeleiding.”
“Ik heb nooit Femke van den Driessche benaderd. Dat is flauwekul”
Maar net zoals de prestaties van Verschueren zijn ook die van Femke van den Driessche niet onopgemerkt voorbijgegaan. Na haar Europese titel kwam het nieuws dat Telenet-Fidea naast Sunweb en BKCP van den Driessche benaderd zou hebben. “Flauwekul”, klinkt het.
“Ik benader geen renners of rensters die vasthangen aan een ploeg tenzij ze zelf op zoek zijn naar een nieuwe ploeg. Ik heb Femke trouwens nog nooit gesproken, ook niet de manager van haar team. Ik weet nog maar van vorige week dat Femke in Aalst woont.”
“Maar goed, die bladzijde is bij deze omgedraaid. Belangrijker is voor mij dat we als damesteam bijna elke week op het podium staan. Winnen lukt niet elke week, hoeft ook niet voor mij. We moeten elke week knokken tegen Sanne Cant die full-prof is.”
“En belangrijk is ook dat we met Jolien en Ellen steeds een Belgische dame mee vooraan hebben, want de internationale dames zijn voor de media precies niet belangrijk. Daarom heb ik Pavla ook laten gaan dit seizoen”, besluit van Kasteren.