De Nederlandse dames hebben sinds dit seizoen hun weg naar de Moedige Veldrijder gevonden. Het herwerkte opzet van de dames wedstrijden legt hun zeker geen windeieren. Afgelopen zondag dook Sylvie Swinkels voor het eerst in België het veld in. Dit was zeker niet zonder succes.
“Wiekevorst werd mijn eerste veldrit van het seizoen en meteen ook de eerste in België. Tijdens de ochtend voor de start waren de zenuwen zeker aanwezig, maar had vooral veel zin om eraan te beginnen.” Voor de start legde ze de druk voor zichzelf zeker niet te hoog. “Ik zei voor de start tegen mezelf dat ik er niet te veel van mocht verwachten. Deze wedstrijd had als doel om mijn vorm te checken en eventueel verbeterpunten bloot te leggen.” Bij het verkennen kende ze een goed gevoel, dit gaf zeker een boost voor de wedstrijd.
Goed starten en voorsprong opbouwen
De kopstart was voor Swinkels, in de eerste bocht werd ze even gepasseerd maar ze nam de eerste plaats snel weer over. “Aniek van Alphen, mijn ploegmakker, reed samen met Joyce Heyns op plekken twee en drie. Ik was instaat om een constante wedstrijd te rijden en kon mijn voorsprong gestaag uitbouwen.” Toch daagde het pas laat dat ze de leiding van de wedstrijd in handen had. “In de laatste ronde kreeg ik pas door dat ik op kop lag met zo’n voorsprong. Het was geweldig om deze wedstrijd te winnen, meteen mijn eerste veldritzege ooit.”
“Deze zege geeft extra moraal voor de komende wedstrijden, ik had zeker niet gedacht dat ik meteen zou kunnen winnen.” Swinkels wil de komende winter een paar keer in België aan de start verschijnen. Naar het einde van het seizoen heeft ze nog één groot doel. “Ik zou graag in de top drie eindigen op het NK voor dames junioren. Een opdracht dit zeker niet simpel zal worden, want we kennen in Nederland een zeer sterk veld bij de dames junioren. Maar ik ga mijn uiterste best doen”, sluit Swinkels strijdvaardig af.