BK – Kunnen Niels Vandeputte en Arno Van den Broeck op de verrassing spelen?

BK – Kunnen Niels Vandeputte en Arno Van den Broeck op de verrassing spelen?

Met Niels Vandeputte en Arno Van den Broeck heeft IKO Enertherm-Beobank twee outsiders in hun rangen op het Belgische kampioenschap in Oostende. Zo stond Vandeputte al enkelen keren op het podium van een A-wedstrijd. Ook Arno Van den Broeck mag je zeker niet onderschatten. Hij bewees in het verleden al een echte kampioenschapsrenner te zijn.

“Mijn doel is om een top tienplaats uit de brand te slepen”, blikt Arno Van den Broeck vooruit. “Alles wat daarbij komt is heel erg mooi meegenomen. Ik zal achteraf tevreden zijn wanneer ik heb gedaan wat ik kon. Normaal moet het parcours me wel liggen.” Volgens Van den Broeck is er bij de junioren geen echte topfavoriet. “Iedereen is aan elkaar gewaagd, maar dan kan het weleens op één klein foutje aankomen.”

Het weer zal volgens de uittredende Belgische kampioen bij de tweedejaarsnieuwelingen, een belangrijke factor spelen. “Of de zandstrook beslissend kan zijn, dat zal van het weer afhangen. De brug is iets nieuw, maar iets nieuw betekend natuurlijk niet dat het ook meteen slecht is. We zullen zien wat het met zich mee brengt. Ik denk dat de brug over de tramsporen, de wedstrijd zwaarder zal maken.”

“Tweedejaars proberen volgen”

Binnen IKO Enertherm-Beobank is ook Niels Vandeputte erg goed op dreef. Dit bewees hij afgelopen donderdag nog in Loenhout met een tweede plaats. Ook op het BK hoopt Vandeputte alvast voorin mee te doen. “Een echte positie heb ik niet voor ogen”, blikt de eerstejaarsjunior vooruit. “Ik zou heel erg blij zijn moest ik enkele tweedejaars kunnen volgen. Het parcours heb ik nog niet bezocht, maar ik denk wel dat het iets voor mij moet zijn.”

“Wanneer het strand er los zal bijliggen kan deze strook weleens beslissend zijn. Als topfavoriet zou ik Toon Vandebosch vooruitschuiven, maar er zijn daarnaast nog heel veel andere renners die erg goed zijn. Ik denk dat we ons mogen opmaken voor een spannende strijd.”