Afgelopen zomer volgde Sven Vanthourenhout, Rudy De Bie op als bondscoach voor het Belgische veldrijden. Met de eerste wereldbeker op het Europese vastenland in Koksijde, stond er ook zijn eerste grote opdracht op het programma.
Ondanks dat de eerste selectie nu pas moest gemaakt worden zat de kersverse bondscoach de afgelopen maanden niet stil. “Ik ging inderdaad op bezoek bij enkele ploegen”, vertelde Vanthourenhout. “Ik vind dit belangrijk om de jongens beter te leren kennen. Je ziet ze aan het werk en strijkt informatie op van de ploegleiding.”
“Ik ben deze zomer al een paar keer op bezoek geweest, maar ik vind dat het nog te weinig is. Dus de komende weken zijn er opnieuw enkele bezoeken gepland.”
Dunne grens
De eerste selectie was een dubbele. Meteen twaalf jongens selecteren lijkt niet evident? “Complex vond ik dat niet echt”, was hij eerlijk. “Wat wél moeilijk was zijn de A- en de B-ploegen. De grens is zo dun tussen de twee. Ook de laatsten namen om de ploeg te volmaken zijn vaak erg aan elkaar gewaagd. Mijn voorkeur gaat dan sowieso uit naar een eerstejaars als het erop aankomt.”
Die redenering verantwoord ook de keuze voor Jelle Vermoote. “Hij stond afgelopen zomer ook al op de lijst van Rudy De Bie. Hij is eerstejaars en ik heb hem een paar keer bezig gezien op training. Er moet inderdaad wel nog iets bij om kans te maken op een selectie voor de kampioenschappen, maar als eerstejaars wil ik hem nu toch een kans geven.”
Vermoote wel, Jordens niet
Wie er dan tot verrassing van velen niet bij is zondag, is Jarno Jordens. “Jarno is inderdaad goed bezig en stond ook op mijn lijstje”, ging Vanthourenhout verder. “Hij haalde mooie resultaten, maar ik had hem graag eens bezig gezien in de grotere crossen zoals Gieten, Ronse en/of Zonhoven. Maar ik blijf Jarno zeker volgen.”
Het is aan de twaalf geselecteerde jongens om zich zondag in de kijker te rijden. De omloop van Koksijde speelt in elk geval in het voordeel van de Belgen.
“Ook de Nederlanders komen hier over het algemeen beter uit de verf. Het blijft een speciale wedstrijd. Ik denk dat het EK in Tabor en de twee daaropvolgende wereldbekers ons wat betreft waardeverhoudingen meer inzicht gaan geven.”
“Het is de eerste wereldbeker, de eerste internationale confrontatie … dus het zou dom zijn uitspraken te doen over mijn verwachtingen en de jongens daardoor onder druk te zetten. Als de renners geen pech kennen, ze op hun waarde voor de dag komen en dat zij én ik eruit leren, dan ben ik een tevreden bondscoach”, besloot hij.